Een draadloze controller gebruiken

Je kunt Bluetooth® gebruiken om je draadloze controller te verbinden met een ander apparaat dan een PlayStation®5-console of een PlayStation®4-console.

Logo’s, lijntekeningen en terminologie worden gepubliceerd voor gebruik door ontwikkelaars. Voor ontwikkelaars

De DualSense draadloze controller gebruiken

Je kunt Bluetooth® gebruiken om een DualSense® draadloze controller te verbinden met een apparaat met de volgende besturingssysteemversies of hoger.

  • Windows 10 (64-bits)
  • macOS Big Sur 11.3
  • iOS 14.5
  • iPadOS 14.5
  • tvOS 14.5
  • Android™ 12
  • Android TV™ OS 12

Je kunt een PS5-console of Windows-pc gebruiken om de firmware van je controller te updaten. Zie "PlayStation®Accessories" voor meer informatie over het updaten met een Windows-pc.

  • Neem de instructies door die met je controller, PS5®-console of apparaat zijn meegeleverd. Zie ook "Namen van onderdelen van de DualSense draadloze controller".
  • Afhankelijk van de game en het apparaat dat je gebruikt, zijn bepaalde functies op de controller mogelijk niet beschikbaar.
    • Adaptieve triggers zijn alleen beschikbaar in ondersteunde games. Ze worden niet ondersteund op mobiele apparaten met Android™ als besturingssysteem.
    • Haptische feedback is alleen beschikbaar in ondersteunde games. Niet ondersteund op de Mac en mobiele apparaten. Bij een Windows-pc heb je mogelijk een USB-kabel nodig voor de aansluiting.
    • Je kunt de mic en luidspreker van je controller alleen gebruiken wanneer je verbinding hebt met een Windows-pc en je een game speelt die hier ondersteuning voor biedt. Niet ondersteund op de Mac en mobiele apparaten.
    • Als je de headset-aansluiting van je controller wilt gebruiken, moet je de controller met een USB-kabel aansluiten op een Windows-pc of Mac. Mobiele apparaten worden niet ondersteund.
  • Er kan niet worden gegarandeerd dat alle apparaten compatibel zijn met de controller.

Een apparaat koppelen

Wanneer je voor het eerst gebruikmaakt van een controller op een apparaat, moet je een koppeling tot stand brengen.

Als er een USB-kabel op je controller is aangesloten, moet je die losmaken.

1.
Controleer of de lichtbalk en spelerindicator op je controller uit zijn.
Als ze aan zijn, houd dan de PS-toets ingedrukt tot ze uit gaan.
2.
Druk, terwijl je de (maak)-toets ingedrukt houdt, minstens 3 seconden lang op de PS-toets.
De lichtbalk en spelerindicator knipperen tweemaal.
3.
Schakel Bluetooth® op je apparaat in en selecteer de optie voor het toevoegen van Bluetooth®-apparaten.
Je apparaat detecteert Bluetooth®-apparaten in de buurt.
4.
Selecteer je controller in de lijst met gevonden Bluetooth®-apparaten.
Als het koppelen is voltooid, lichten de lichtbalk en spelerindicator op.
  • Als je de controller gebruikt met een PS5-console, schakel je de console in en gebruik je een USB-kabel om de controller met de console te verbinden. Vervolgens druk je op de PS-toets op de controller.
  • Je kunt maximaal vier apparaten koppelen aan één controller. Zie "Je controller koppelen aan meerdere apparaten" voor meer informatie.

De controller inschakelen

Druk op de PS-toets. De lichtbalk en spelerindicator lichten op.

De controller uitschakelen

Druk op de PS-toets en houd deze ingedrukt totdat de lichtbalk en spelerindicator worden uitgeschakeld.

De controller opladen

De controller wordt opgeladen via een standaard USB Type-C®-kabel. Hiervoor is een wandoplader vereist die compatibel is met USB Battery Charging 1.2 of een standaardaansluiting die USB 2.0 of 3.0 ondersteunt op een PS5-console of Mac.

  • Gebruik een kabel die voldoet aan de USB-norm.
  • Sommige apparaten zijn mogelijk niet in staat om de controller op te laden.

De DualSense Edge draadloze controller gebruiken

Je kunt Bluetooth® gebruiken om een DualSense Edge™ draadloze controller te verbinden met een apparaat met de volgende besturingssysteemversies of hoger.

  • Windows 10 (64-bits)
  • macOS Ventura 13.3
  • iOS 16.4
  • iPadOS 16.4
  • tvOS 16.4
  • Android™ 14

Wanneer je op een PS5-console speelt, kun je de gevoeligheid van de joystick van je controller aanpassen, maar bijvoorbeeld ook toetstoewijzingen, de intensiteit van trillingen en meer. Die instellingen kun je opslaan in een profiel. De in je controller opgeslagen profielen kun je ook gebruiken op andere apparaten dan een PS5-console.
Je kunt ook een Windows-pc gebruiken om de firmware te updaten en profielen aan te passen. Zie "PlayStation®Accessories" voor meer informatie.

  • Neem de instructies door die met je controller, PS5-console of apparaat zijn meegeleverd. Zie ook "Namen van onderdelen van de DualSense Edge draadloze controller".
  • Afhankelijk van de game en het apparaat dat je gebruikt, zijn bepaalde functies op de controller mogelijk niet beschikbaar.
    • Adaptieve triggers zijn alleen beschikbaar in ondersteunde games. Ze worden niet ondersteund op mobiele apparaten met Android™ als besturingssysteem.
    • Haptische feedback is alleen beschikbaar in ondersteunde games. Niet ondersteund op de Mac en mobiele apparaten. Bij een Windows-pc heb je mogelijk een USB-kabel nodig voor de aansluiting.
    • Je kunt de mic en luidspreker van je controller alleen gebruiken wanneer je verbinding hebt met een Windows-pc en je een game speelt die hier ondersteuning voor biedt. Niet ondersteund op de Mac en mobiele apparaten.
    • Als je de headset-aansluiting van je controller wilt gebruiken, moet je de controller met een USB-kabel aansluiten op een Windows-pc of Mac. Mobiele apparaten worden niet ondersteund.
  • Er kan niet worden gegarandeerd dat alle apparaten compatibel zijn met de controller.

Een apparaat koppelen

Wanneer je voor het eerst gebruikmaakt van een controller op een apparaat, moet je een koppeling tot stand brengen.

Als er een USB-kabel op je controller is aangesloten, moet je die losmaken.

1.
Controleer of de lichtbalk en spelerindicator op je controller uit zijn.
Als ze aan zijn, houd dan de PS-toets ingedrukt tot ze uit gaan.
2.
Druk, terwijl je de (maak)-toets ingedrukt houdt, minstens 3 seconden lang op de PS-toets.
De lichtbalk en spelerindicator knipperen tweemaal.
3.
Schakel Bluetooth® op je apparaat in en selecteer de optie voor het toevoegen van Bluetooth®-apparaten.
Je apparaat detecteert Bluetooth®-apparaten in de buurt.
4.
Selecteer je controller in de lijst met gevonden Bluetooth®-apparaten.
Als het koppelen is voltooid, lichten de lichtbalk en spelerindicator op.
  • Als je de controller gebruikt met een PS5-console, schakel je de console in en gebruik je een USB-kabel om de controller met de console te verbinden. Vervolgens druk je op de PS-toets op de controller.
  • Je kunt maximaal vier apparaten koppelen aan één controller. Zie "Je controller koppelen aan meerdere apparaten" voor meer informatie.

De controller inschakelen

Druk op de PS-toets. De lichtbalk en spelerindicator lichten op.

De controller uitschakelen

Druk op de PS-toets en houd deze ingedrukt totdat de lichtbalk en spelerindicator worden uitgeschakeld.

De controller opladen

De controller wordt opgeladen via een standaard USB Type-C®-kabel. Hiervoor is een wandoplader vereist die compatibel is met USB Battery Charging 1.2 of een standaardaansluiting die USB 2.0 of 3.0 ondersteunt op een PS5-console of Mac.

  • Gebruik een kabel die voldoet aan de USB-norm.
  • Sommige apparaten zijn mogelijk niet in staat om de controller op te laden.

De DUALSHOCK 4 draadloze controller gebruiken

Je kunt Bluetooth® gebruiken om een DUALSHOCK®4 draadloze controller te verbinden met een apparaat met de volgende besturingssysteemversies of hoger.

  • macOS Catalina
  • iOS 13
  • iPadOS 13
  • tvOS 13
  • Android™ 10
  • Neem de instructies door die met je controller, apparaat en de PS4™-console zijn meegeleverd.
  • Voor details over de namen van de onderdelen van de controller raadpleeg je de gebruikershandleiding voor de PS4-console.
  • Je controller produceert geen audio. De audio komt alleen uit het apparaat dat je gebruikt.
  • Er kan niet worden gegarandeerd dat alle apparaten compatibel zijn met de controller.

Een apparaat koppelen

Wanneer je voor het eerst gebruikmaakt van een controller op een apparaat, moet je een koppeling tot stand brengen.

Als er een USB-kabel op je controller is aangesloten, moet je die losmaken.

1.
Controleer of de lichtbalk op de controller uit is.
Als de lichtbalk brandt, druk je op de PS-toets en houd je deze ingedrukt totdat de lichtbalk uitgaat.
2.
Druk, terwijl je de SHARE-toets ingedrukt houdt, op de PS-toets en houd deze ingedrukt totdat de lichtbalk knippert.
3.
Schakel Bluetooth® op je apparaat in en selecteer de optie voor het toevoegen van Bluetooth®-apparaten.
Je apparaat detecteert Bluetooth®-apparaten in de buurt.
4.
Schakel Bluetooth® in op je apparaat en selecteer vervolgens de controller in de lijst met Bluetooth®-apparaten.
Als de koppeling is voltooid, blijft de lichtbalk branden.
  • Je kunt je DUALSHOCK®4 draadloze controller telkens maar aan één apparaat tegelijk koppelen. Als je je controller op een ander apparaat wilt gebruiken, moet je de koppeling opnieuw tot stand brengen.
  • Als je de controller gebruikt met een PS4-console, schakel je de console in en gebruik je een USB-kabel om de controller met de console te verbinden. Vervolgens druk je op de PS-toets op de controller.

De controller inschakelen

Druk op de PS-toets. De lichtbalk blijft nu branden.

De controller uitschakelen

Druk op de PS-toets en houd deze ingedrukt totdat de lichtbalk wordt uitgeschakeld.

De controller opladen

De controller wordt opgeladen via een standaard USB Micro-B-invoerkabel. Hiervoor is een wandoplader vereist die compatibel is met USB Battery Charging 1.2 of een standaardaansluiting die USB 2.0 of 3.0 ondersteunt op een PS4-console, Mac of Windows-pc.

  • Gebruik een kabel die voldoet aan de USB-norm.
  • Sommige apparaten zijn mogelijk niet in staat om de controller op te laden.

  • Deze website kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
  • Informatie over systeemfunctionaliteit en afbeeldingen die op deze site zijn gepubliceerd, kunnen afwijken, afhankelijk van de versie van de PS5- of PS4-systeemsoftware of de versie van de applicatie die is geïnstalleerd op je computer of op het mobiele apparaat dat je gebruikt.