Je DualSense Edge draadloze controller aanpassen

Wat kun je allemaal aanpassen?
Wat zie je op het scherm?
Profielen maken en bewerken
Van profiel veranderen
Controllerinstellingen configureren

Gebruik PlayStation Accessories als je je profielen wilt bewerken op je Windows-pc. Als je de app nog niet hebt geïnstalleerd, zie dan PlayStation Accessories voor installatie-instructies. Update ook de firmware van de controller naar de nieuwste versie.

Wat kun je allemaal aanpassen?

Je kunt de instellingen voor de toetsen en joysticks van je DualSense Edge™ draadloze controller aanpassen en de instellingen vervolgens opslaan in een aangepast profiel. Je kunt op de volgende manieren aangepaste profielen gebruiken:

  • Gebruik sneltoetsen om van profiel te veranderen
    Je kunt maximaal vier profielen opslaan op je controller, inclusief het standaardprofiel. Gebruik sneltoetsen om snel van profiel te veranderen tijdens gameplay.
  • Gebruik opgeslagen profielen op een ander apparaat
    Profielen worden opgeslagen in je controller. Zolang je je controller gebruikt, heb je toegang tot je eigen profielen en kun je ook op een andere computer of ander mobiel apparaat de instellingen gebruiken waaraan je gewend bent.

Je kunt de volgende instellingen opslaan in je profielen.

Je kunt je controller ook aanpassen door onderdelen zoals de achtertoetsen en joystickdoppen te wijzigen. Bekijk de gebruiksaanwijzing van je controller voor meer informatie over de meegeleverde onderdelen en hoe je ze kunt vervangen.

Toetstoewijzingen

Je kunt de functies aanpassen die aan toetsen zijn toegewezen. Selecteer de toets om te zien welke functies je kunt toewijzen. Namen van onderdelen van de DualSense Edge draadloze controller

Gevoeligheid/dode zone van joystick

Je kunt de gevoeligheid en dode zone van de joysticks op je controller aanpassen. Hier zijn enkele voorbeelden van wat je kunt doen:

  • Pas de gevoeligheid van de joysticks aan om de beweging of weergave van je personage te versnellen of vertragen.
  • Stel de dode zone in om fijnere controle over de beweging of weergave van je personage te hebben.

Scherm dat de instellingen voor de gevoeligheid/dode zone van een joystick weergeeft.

A tot D gebruikt de rechter joystick als voorbeeld. Je kunt je linker joystick op dezelfde manier instellen.

A )

Gevoeligheidscurve
Kies uit zes typen gevoeligheidscurves.

Standaard De geregistreerde invoer neemt toe in verhouding tot de beweging van de joystick.
Snel De hoeveelheid geregistreerde invoer versnelt terwijl je de joystick kantelt. Geschikt voor het maken van snelle bewegingen. Krijg de overhand door snel te richten tijdens snelle schietgames.
Nauwkeurig Er wordt minimale invoer geregistreerd bij het kantelen van de joystick. Geschikt voor het maken van nauwkeurige bewegingen.
Liefhebbers van schietgames zullen baat hebben bij het vermogen om langzaam en nauwkeurig te richten.
Stabiel De geregistreerde invoer is beperkt, zelfs als je de joystick ver kantelt. Maakt vloeiende en stabiele beweging mogelijk.
Digitaal Zelfs bij slechts geringe kanteling van de joystick wordt vrijwel maximale invoer geregistreerd. Werkt als de richtingstoetsen op de controller.
Ontvang directe invoerreactie voor je vecht- en actiegames.
Dynamisch Geregistreerde invoer is beperkt als je de joystick een beetje of ver kantelt, maar versnelt in het middenbereik.
Maakt veelzijdige gameplay mogelijk in schietgames waarin je niet alleen zorgvuldig moet richten, maar ook snel moet draaien.
B )
Curve aanpassen
Hiermee kun je het bij A gekozen type curve bijregelen.
C )
Dode zone aanpassen
De dode zone is het kantelbereik van de joystick voordat deze als invoer wordt herkend. Bij een dode hoek van 10% moet je de joystick meer dan 10% kantelen voordat je game een invoer registreert.
D )

Curve
De horizontale as bepaalt de kanteling van de joystick en de verticale as de invoer die wordt weergegeven in de game. Bij een geleidelijke helling resulteert het ver kantelen van de joystick in vloeiende beweging. Bij een stijle helling resulteert zelfs een geringe kanteling in snelle beweging.

E )
Je controller testen
Bekijk de gevoeligheid bij het bewegen van de joystick.

Dode zones voor triggers

De dode zone is het indrukbereik van een toets voordat deze als invoer wordt herkend. Als je bijvoorbeeld je controller stevig beetpakt en per ongeluk op de L2- of R2-toets drukt, kun je deze zodanig instellen dat er geen invoer wordt geregistreerd.

Scherm met instellingen voor de dode zone voor triggers

A )
Dezelfde instellingen toepassen voor linker- en rechtertrigger
Als deze optie is ingeschakeld, wordt slechts één kant weergegeven. Wijzigingen die je aanbrengt zijn in gelijke mate van invloed op de linker- en rechtertrigger.
B )
Invoerbereik
Stel in hoe ver de trigger moet worden ingedrukt voordat je game invoer registreert.
Als je bijvoorbeeld het invoerbereik instelt van 30 tot 70, dan wordt invoer in je game geregistreerd zodra de trigger verder wordt ingedrukt dan 30. De invoer bereikt een maximale diepte van 70. Als je de trigger minder dan 30 of meer dan 70 indrukt, wordt dit niet als invoer geregistreerd.
C )
Je controller testen
Bekijk het invoerbereik wanneer je op de L2- en R2-toetsen drukt.

Intensiteit van trilling-/triggereffect

Je kunt de intensiteit van het trillen van je controller en van het triggereffect naar wens aanpassen of volledig uitschakelen.
Met de triggereffectfunctie kun je in reactie op je gameplay verschillende spannings- en weerstandsniveaus voelen op de L2- en R2-toetsen. Je kunt bijvoorbeeld een sterke weerstand voelen bij het hard aantrekken van een pijl en boog of bij plotseling remmen in een game.

  • Het triggereffect is alleen beschikbaar in games die dit ondersteunen.
  • Afhankelijk van de instellingen voor de dode zone van je trigger, werkt de triggereffectfunctie mogelijk niet.

Je kunt instellen hoe ver de L2-toets en R2-toets gaan wanneer je erop drukt (aanslag) met de L2-/R2-stopschuifregelaars achter op je controller. Van boven naar beneden kun je de aanslag instellen op lang, gemiddeld of kort.

Achteraanzicht controller.

Als je de L2- en R2-stopschuifregelaars instelt op een gemiddelde of korte aanslag, werkt de triggereffectfunctie niet.

Wat zie je op het scherm?

Nadat je PlayStation Accessories hebt gestart, maakt je controller verbinding en zie je het volgende scherm.
Bedien de app met een muis of toetsenbord.

Scherm dat een verbonden DualSense Edge draadloze controller laat zien.

A )
Verbonden controllers
Je kunt maximaal vier controllers tegelijk verbinden.
B )
Controllernummer
Controllernummers worden toegewezen aan gebruikers in de volgorde waarin zij verbinding maken. Je kunt het controller​nummer ook bekijken in de spelerindicator. Namen van onderdelen van de DualSense Edge draadloze controller
C )
Batterijniveau van controller
D )
Controllerinstellingen
Configureer de feedbackinstellingen van je controller, reset alle instellingen, en meer. Controllerinstellingen configureren
E )
Aan apps gerelateerde informatie
Bekijk informatie over de versie van een app, beheer instellingen voor het verzamelen van data en meer.
Selecteer Help om naar deze website te gaan.
F )
Firmware van je controller
Bekijk de versie van je huidige firmware. Als er een nieuwe versie beschikbaar is, wordt Updaten weergegeven.
Schakel je Windows-pc niet uit en koppel de controller niet los tijdens de update van de controller. Als je meerdere controllers wilt updaten, moet je dat voor elke controller afzonderlijk doen.
G )
Lijst met profielen
Bekijk een lijst met de profielen die je hebt gemaakt. Bij het profiel dat je nu gebruikt staat Nu toegepast .
Profiel maken wordt weergegeven als er geen bestaande profielen zijn. Profielen maken en bewerken

Je kunt de verbindingsmethode van je controller controleren door Controller toevoegen te selecteren.

Profielen maken en bewerken

Een nieuw profiel maken
Een gemaakt profiel bewerken

Een nieuw profiel maken

1.

Selecteer Profiel maken of selecteer een Niet toegewezen profiel in de lijst met profielen.

Scherm dat een verbonden DualSense Edge draadloze controller laat zien Scherm dat een verbonden DualSense Edge draadloze controller en beschikbare profielen laat zien.

2.
Voer de naam van je profiel in en selecteer Volgende.
3.

Selecteer de sneltoets waaraan je je profiel wilt toewijzen en selecteer vervolgens Profiel maken.

Scherm voor het aanpassen van sneltoetsen.

4.
Kies uit de instellingen op het scherm om het aanpassen van je profiel te starten.
Zie Wat kun je allemaal aanpassen? voor de instellingen die je kunt aanpassen.

Nadat je elk item hebt aangepast, selecteer je Toepassen. Als je terugkeert naar het vorige scherm zonder dat te doen, worden je instellingen niet opgeslagen.

Scherm voor het aanpassen van de controller.

5.
Wanneer je klaar bent met het aanpassen van de gewenste items, selecteer je Gereed.

Als je een eerder gemaakt profiel wilt gebruiken, houd je beide toetsen ingedrukt van de sneltoets die je in stap 3 hebt gemaakt (een combinatie van de Fn-toets en cirkel-toets/kruis-toets/vierkant-toets). Van profiel veranderen

  • Het Standaardprofiel is toegewezen aan de Fn-toets en driehoek-toets. Als je je controller wilt gebruiken met de fabrieksinstellingen, selecteer je het Standaardprofiel.
  • Je kunt maximaal drie profielen aan je controller toewijzen. Het Standaardprofiel is daar niet bij meegerekend.

Een gemaakt profiel bewerken

1.

Selecteer het profiel dat je wilt bewerken.

Scherm met een verbonden controller en een lijst met profielen in de onderste helft van het vak.

2.

Selecteer Bewerken.

Scherm voor het bewerken van een profiel.

  • Als je Je controller testen selecteert, kun je de joysticks en de L2-toets/R2-toets gebruiken om de gevoeligheid en het invoerbereik van je controller te testen.
  • Je kunt het Standaardprofiel niet bewerken of verwijderen.

Van profiel veranderen

Houd tijdens gameplay de Fn-toets ingedrukt en druk vervolgens op de driehoek-toets/cirkel-toets/kruis-toets/vierkant-toets om naar het gewenste profiel te gaan. Namen van onderdelen van de DualSense Edge draadloze controller

Als je van profiel verandert, trilt je controller en knippert de spelerindicator het volgende aantal keren.

Fn-toets en driehoek-toets Eén
Fn-toets en cirkel-toets Twee
Fn-toets en kruis-toets Drie
Fn-toets en vierkant-toets Vier

In Controllerinstellingen kun je aanpassen wat je controller doet wanneer je van profiel verandert.

Controllerinstellingen configureren

Scherm dat een verbonden DualSense Edge draadloze controller laat zien.

Wanneer je Controllerinstellingen selecteert, kun je de volgende dingen doen:

Feedback ontvangen bij wisselen van profiel Laat je controller trillen of oplichten wanneer je van profiel verandert. Van profiel veranderen
Helderheid van controllerindicators Stel de helderheid van de spelerindicator en de lichtbalk op je controller in. Namen van onderdelen van de DualSense Edge draadloze controller
Rondleiding volgen Bekijk het welkomstscherm van de eerste keer dat je verbinding maakte met de DualSense Edge draadloze controller.
Je DualSense Edge draadloze controller resetten Al je profielen worden verwijderd, alle instellingen worden gereset en je controller keert terug naar de fabrieksinstellingen.